Telemonitoring als onderdeel van het EPD

Een sterk staaltje technologische innovatie om patiënten nóg beter te ondersteunen.

Steeds meer patiënten herstellen na een ingreep of ziekte niet meer in het ziekenhuis maar in hun vertrouwde thuisomgeving. Dat heeft tal van voordelen, onder andere voor de levenskwaliteit van de patiënt. Dankzij telemonitoring kan de zorgverstrekker vanop afstand meekijken en eventueel ingrijpen. Om een optimale uitwisseling en verwerking van gegevens mogelijk te maken, is een goede integratie in het elektronisch patiëntendossier (EPD) cruciaal.

telemonitoring

“Als we neveneffecten sneller kunnen detecteren en beter opvolgen via telemonitoring, dan kunnen we niet alleen de levenskwaliteit, maar ook de levensverwachting van sommige kankerpatiënten verbeteren”, aldus prof. dr. Delforge, oncoloog bij UZ Leuven. Bij telemonitoring worden patiëntengegevens op afstand verzameld en gemonitord via digitale technologie om de gezondheid van de patiënt in zijn thuisomgeving continu te evalueren. Door technologische vooruitgang, het streven naar meer efficiëntie en het gebruik van minder invasieve technieken, zit het aantal personen dat thuis verder herstelt in de lift. Bovendien werd het aantal ingrepen waarvoor er geen ziekenhuisopname meer nodig is, vorig jaar door de overheid uitgebreid van 246 naar 551. De opvolging van patiënten gebeurt met andere woorden steeds meer buiten de muren van het ziekenhuis en dus door verschillende zorgverstrekkers.

Telemetrie zonder zorgen

In die transitie naar meer transmurale zorg is een belangrijke rol weggelegd voor telemonitoring. Niet alleen om de arts of een andere zorgverlener vanop afstand belangrijke gezondheidsgegevens te bezorgen, maar ook om de samenwerking en coördinatie tussen zorgverleners onderling bevorderen. De grote uitdaging daarbij is wel om de verzamelde gegevens veilig en gestructureerd uit te wisselen met zorgverleners en patiënten. En dat gedurende het volledige zorgtraject: van ontslag in het ziekenhuis tot en met opvolging bij het verder herstel thuis. Een goede integratie met het EPD is daarbij onmisbaar.


Vanuit die insteek besloten nexuzhealth en Byteflies de krachten te bundelen. Bob Neven, Director Product Management bij nexuzhealth: “Byteflies is een expert in optimaliseren van transmurale zorgpaden met telemetrie. Het bedrijf ontwikkelde tijdens de COVID-19-pandemie een gebruiksvriendelijke oplossing om coronapatiënten thuis op te volgen om zo de druk op de ziekenhuizen te verlichten. Nadien klopte het bedrijf bij ons aan met de vraag om samen te bekijken hoe we telemonitoring gestructureerder zouden kunnen aanpakken: naast het capteren van vitale parameters in de thuisomgeving is de doorstroming naar de zorgverleners immers ontzettend belangrijk. Dat kan dankzij de integratie met het EPD.

Door de data op één plek beschikbaar te stellen krijgen zorgverstrekkers niet alleen een breder zicht op de gezondheidstoestand van de patiënt, ze kijken ook allemaal naar dezelfde data. Dat komt de communicatie én het nemen van beslissingen ten goede.” Dit vormde in 2022 de basis voor het pilootproject OncoCare@home. Ook UZ Leuven, Wit-Gele-Kruis Oost-Vlaanderen en Leuven Kankerinstituut stapten aan boord van het consortium. Concreet is het doel van dit project om het aantal ziekenhuisligdagen met 10% te verminderen en de levensverwachting en -kwaliteit van de betrokken kankerpatiënten sterk te verhogen, door bijvoorbeeld bijwerkingen van hun behandeling sneller te detecteren en op te volgen.

Zorgpaden

Hans De Clerq, co-CEO Byteflies: “Binnen het project focussen we vandaag op een aantal specifieke zorgpaden. Een daarvan betreft longkanker- en slokdarmkankerpatiënten, die vandaag dankzij minder invasieve operatietechnieken sneller naar huis kunnen. Alleen blijven neveneffecten, die voorheen in het ziekenhuis snel gedetecteerd werden, daardoor langer onder de radar. Zo krijgt een aantal van deze patiënten postoperatief te maken met hartritmestoornissen als voorkamerfibrillatie. Deze neveneffecten kun je perfect opvolgen via telemetrie. Sinds de start van het project werd bij meer dan 10% van de 28 patiënten voorkamerfibrillatie vastgesteld.”


Voor het uitwisselen van medische informatie maakt nexuzhealth gebruik van de HL7 FHIR-standaard (De Fast Healthcare Interoperability Resources-standaard is een reeks regels en specificaties voor het uitwisselen van elektronische gezondheidszorg gegevens), en dat in combinatie met een PDF-rapport dat extra context biedt bij de gemeten parameters. Bob Neven: “Het is belangrijk dat de gegevens gestructureerd in het EPD terechtkomen omdat ze in combinatie met de reeds beschikbare data in het patiëntendossier waardevolle inzichten bieden. Daarnaast streven we als open platform ook naar een maximale interoperabiliteit. Zo is het niet nodig om voor iedere device leverancier een nieuwe integratie te ontwikkelen: als je de temperatuur van device A capteert, kan de temperatuur van device B op dezelfde manier binnenstromen. Ook andere fabrikanten van telemonitoring apparaten kunnen dus aansluiten op het platform.” 

Standaard integratie dankzij het telemonitoring voorschrift

Daarom zetten beide partners ook de schouders onder een telemonitoring voorschrift, dat een gestandaardiseerde integratie tussen telemonitoring providers, EPD’s en andere stakeholders in het zorglandschap voorziet. Door zoveel mogelijk informatie volgens de standaarden in de industrie uit te wisselen, krijgen zorgverleners namelijk een veel beter beeld van de gezondheidsdata. Dat komt de opvolging en behandeling van patiënten alleen maar ten goede.
Ondertussen kijken de partners ook naar andere zorgpaden binnen o.a. cardiologie en neurologie om hun samenwerking verder uit te rollen.


Benieuwd naar de verdere mogelijkheden van telemonitoring en het EPD? Neem dan contact op met info@nexuzhealth.com.